Reisblog van Debora

Koude voetjes

De dagen in het kamp zijn zwaar; fysiek, maar vooral mentaal. Vandaag kwam er een groep van 36 mensen aan, waarvan de helft kind was. Er waren een paar baby´s en de meeste kinderen waren tussen de 2 en 6 jaar oud. Allemaal waren ze erg nat van hun overtocht van Turkije naar Lesbos. Omdat ik samen met een paar anderen in New Arrivals werk, was ik degene die naar hen toe ging toen ze net waren aangekomen in Moria en bij de kantoortjes van de politie hun eerste registratie kregen. De kinderen huilden en stonden te bibberen in hun natte kleding. De moeders staarden voor zichzelf uit en hielden de baby´s vast. Normaal gesproken krijgen de nieuwe mensen pas kleding als de eerste registratie klaar is, dat is vaak na zo´n 3 uur, maar omdat deze mensen helemaal nat waren deden we dat nu al. Nadat ik de leeftijden van de kinderen had geschat zocht ik in onze opslag de juiste kledingzakjes voor hen uit en gaf deze aan de kinderen. Hierna kregen de volwassenen een zakje met droge kleding. Vervolgens haalden we 2 grote balen dekens en gaven we iedereen een deken. Een vrouw van de kustwacht had isolatiedekens en ook deze deelden we uit. De moeders waren echter psychisch er niet aan toe om hun kinderen uit te kleden en de droge kleding aan te doen. Ze waren half in shock en ze vouwden de dekens op, legden die naast zich neer en staarden voor zichzelf uit. Met behulp van een vertaler legde ik hen uit dat ze de natte kleding moesten uitdoen, dan de droge kleding aan, een deken moesten omslaan, daaromheen het isolatiemateriaal moesten doen. Maar nog steeds gebeurde er niet veel. Ondanks dat ze onder een overkapping zaten te wachten op hun registratie werden de kinderen door de regen alleen nog maar natter. Dus liep ik weer naar onze opslag en haalde ik ook nog maar regenponcho´s. Deze dingen zijn felgeel en toen ik hiermee aankwam kwamen alle kinderen op me af gerend en wilden ze er een hebben.

Toen iedereen er een had, snapten ze niet wat ze ermee aan moesten. Omdat ik de kinderen niet nog natter wilde, maakte ik de verpakking van een van de poncho´s open, vouwde hem open en deed ze een voor een over de kinderen heen. Pas toen realiseerde ik me echt dat deze kinderen bijna onderkoeld zouden gaan raken. Hun handjes waren zo koud. Hun kleding was nat of vochtig en hun schoenen waren doorweekt, en nog steeds deden de moeders niets. Hierop besloot ik dan maar zelf in actie te komen. Ik pakte een jongetje van een jaar of 3 op, vroeg mijn vertaler hem te vragen waar zijn moeder was en bracht hem naar haar toe. Ik trok zijn natte kleding uit, al bibberend stond hij op mijn schoot in zijn blote billetjes. Toen we zijn schoenen uittrokken zag ik zijn voetjes. Deze zagen eruit alsof ze al uren in nat koud water hadden gezeten, waarschijnlijk is dat ook zo geweest. Ze waren ijskoud, de teentjes waren wittig en de huid was bobbelig van het water. Ik hield zijn koude voetjes in mijn handen en probeerde ze een beetje op te warmen. Ondertussen gaf zijn moeder me de droge kleding en die deed ik snel bij hem aan. Vervolgens wikkelde ik hem in een deken, hieroverheen deed ik de isolatiedeken en als laatste de regenponcho. Hij was nu als een mummietje ingepakt en ik legde hem op een van de banken neer. De beurt was aan het volgende kindje. Ook hier weer super koude voetjes, haar handjes waren ook ijskoud, ze kon ze zelfs niet meer goed gebruiken om haar droge trui aan te doen. Ook dit meisje heb ik weer in een deken gewikkeld en vervolgens heb ik haar voetjes in de deken warm gewreven. Toen dit gedaan was, was het (gelukkig warme) eten al gearriveerd, dus samen met een ander meisje hebben we dat aan hen uitgedeeld. Ik had geen tijd om alle kinderen in de dekens in te pakken, dus ik hoopte maar dat, doordat ik het een paar keer had voorgedaan de moeders zouden snappen dat ze het zo moesten aanpakken.

Dit alles was maar 1,5 uur van mijn 9 uur durende dag in het kamp. De andere uren werden gevuld met het bijvullen van de voorraad; samen met een vertaler rondvragen in de grote tent waar de nieuwe mensen slapen of iedereen dekens en kleding had gekregen; jassen, kleding en schoenen (waar altijd een tekort aan is) uitdelen aan de ongeveer 70 mensen die gisteren zijn aangekomen en deze dingen nog niet hadden gehad; een zwangere vrouw (of eigenlijk nog een meisje) naar de dokter helpen; regenponcho´s uitdelen; mensen proberen op te vrolijken met een glimlach; kindjes een aai over hun bol geven en mijn woordenschat Arabisch bijspijkeren, vandaag leerde ik het woord botania naar het nederlands overgezet zijnde is “deken”.

Nu hoor ik de wind om mijn appartement gieren, de regen slaat op de ramen, ik zit warm en droog in mijn appartementje, mijn kleding haal ik straks uit de wasmachine en ik kruip straks in mijn warme bed. En de mensen hier nog geen 4 kilometer vandaan slapen vannacht buiten in een tentje, of in een grote tent met 40 bedden voor zo´n 250 mensen, hun kleding is niet gewassen en als het dat is droogt het voorlopig niet, hun bed is niet warm en hun “huis” is niet droog. Welkom in Europa.

Reacties

Reacties

Coen en Elke Harinck

Wat een onrecht... Hier in NL maakt iedereen zich druk om de a.s. kerst en daar...
We bidden dat de situatie mag verbeteren!
Veel succes bij al je werk!

Margriet

'k Merkte dat ik mezelf moest aansporen om je blog te lezen. Bang voor de ellende die ik daarin tegen zou komen. Maar jij zit er middenin Debora.
Wat wens ik jou en alle mensen om je heen Gods nabijheid toe.

Familie Gouw

We krijgen het koud bij zoveel ellende, Debora!! Wat bijzonder om zo de Kerstdagen door te brengen.
In de wetenschap dat ook het Kindeke Jezus onder een schamel dak in de kou werd geboren. Heel veel sterkte en geef Het Licht door, dat harten verwarmt. God zij met jou, met de getraumatiseerde moeders en hun kindjes en met ons. Dat we beseffen dat warme huizen en heerlijke maaltijden niet vanzelfsprekend zijn.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!